Glorietijd onder Jacob Boreel

 

Onder Jacob Boreel ondergingen de gebouwen grote veranderingen en werden de Franse baroktuinen uitgebreid met een parkbos in Engelse landschapsstijl. De buitenplaats beleefde in deze periode zijn glorietijd.
 

Boreel en Michael

Beeckestijn zoals we het nu kennen (en steeds verder ontdekken) is in feite de schepping van Jacob Boreel (1711-1778) en zijn tuinbaas Johann Georg Michael (1738-1800). Bekijk de Kaart van Michael. De Amsterdamse regent Boreel kocht Beeckestijn in 1742 en vergrootte zowel het huis als de tuin.

 

             
Portret van Jacob Boreel (1711-1778), pastel  door J.B. Perroneau, 1772, Stichting Cultuurhistorisch Fonds Boreel. Foto: RKD.
Plattegrond van de buitenplaats Beeckestijn door Jan Spruytenburgh 1742. De plattegrond toont de situatie die Boreel aantrof toen hij Beeckestijn aankocht. Foto: Noord-Hollands Archief.

Het huis

Aan de voorkant van het huis werden links en rechts een smal bouwdeel toegevoegd en naar achteren werd het aan één kant flink vergroot.

        
Details van de kaart van Michael. Foto’s: Noord-Hollands Archief.

 

Links de voorzijde van het huis in 1772. De nieuwe zijvleugels tonen licht omdat ze zijn bekleed met Bentheimer zandsteen, terwijl de rest van het huis in baksteen is opgetrokken. Rechts de achterzijde van het huis in 1772. Rechts daarvan is de nieuwe aanbouw aan het achterhuis duidelijk te zien.
Ook vanuit de lucht is de vergroting van het huis aan de achterkant goed te zien.

 

Foto (detail): Noord-Hollands Archief.

 

De tuinen

Belangrijker waren de aanpassingen in de tuin. Links achter het huis liet Jacob Boreel een verblijf inrichten voor exotische dieren. Deze dierentuin of ménagerie gaf Beeckestijn een bijna vorstelijke allure. Revolutionair was dat Boreel en Michael de toen hypermoderne Engelse landschapsstijl invoegden in de bestaande formele tuin. Ook bij de invulling van het in 1755 nieuw verworven achterste deel van de tuin was de moderne smaak bepalend. Deze uitbreiding betekende bijna een verdubbeling van het totale oppervlak. Doordat Michael in de belangrijkste hoofdlijnen van het ontwerp voor dit nieuwe tuindeel rekening hield met de oudere formele aanleg, ontstond een even spannend als harmonieus geheel.

 

Van formeel naar landschappelijk

Zijn ideeën over de landschapsstijl haalde Boreel uit Engeland. Johann Georg Michael, zijn tuinbaas, had hij in 1758 gevonden in het vorstendom Waldeck. Door het huwelijk van één van zijn dochters werd Michael de schoon-, groot- en overgrootvader van de Zochers, ontwerpers van onder andere het Amsterdamse Vondelpark en de tuinen bij paleis Soestdijk. Als gezant van de Republiek reisde Boreel omstreeks 1760 een aantal keren naar Engeland. Hij zond ook zijn tuinbaas over de Noordzee om daar de Landschapsstijl te bestuderen. Vooral de door William Kent en Lancelot ‘Capability’ Brown ontworpen tuinen van Stowe in Buckinghamshire hebben Michaels ontwerp voor Beeckestijn beïnvloed. Lees ook de publicatie van Andries Vonk.

 

             
Kaart van Michael in twee bladen, kopergravure ca. 65 x 64,5 cm. Foto: Noord-Hollands Archief.

 

Boreel en Michael schiepen een werkelijk groots tuincomplex. De tuindelen combineren schilderachtigheid met een royaal grondplan. Slingerpaden tussen bosquetten en fantasiegebouwtjes of follies volgden de smaak van het grillige en elegante rococo. De akkers in het achterste tuindeel herinneren aan het hameau, het ‘boerendorp’, van Marie-Antoinette in het park van Versailles. De centrale as wordt in het achterste tuindeel door een grote vijver onderbroken, maar uiteindelijk weer opgepakt. De verdwenen colonnade aan het einde van deze as was de kroon op de tuin. Vanaf hier keek men naar achteren over het ruige duinlandschap en naar voren over de geordende grilligheid van de tuin, over het huis en over het Wijkermeer. Lees de publicatie over de Colonnade en bekijk de Kaart van Michael.

 

          
Follie de neogotische kapel, zoals afgebeeld op de kaart van Michael (detail). Foto: Vrienden van Beeckestijn.

 

De neogotische kapel bestaat nog steeds en wordt door Vereniging Hendrick de Keyser verhuurd.

 

Hoog bezoek

De allure van het tuincomplex met zijn ménagerie en colonnade kreeg in 1768 vorstelijke erkenning. Kort na hun huwelijk logeerden de jonge erfstadhouder Prins Willem V en zijn bruid Wilhelmina van Pruisen, een nichtje van Frederik de Grote, vijf dagen op Beeckestijn. Bij die gelegenheid werden de achtergevel van het huis, de centrale as van de tuin en de colonnade verlicht en werd vuurwerk afgestoken. Het bezoek van deze hoogheden was een ongebruikelijke eer voor de weliswaar rijke en voorname, maar toch niet adellijke Boreel. Lees de publicatie over het bezoek.

 


Geraadpleegde bronnen: nrs. 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11 en 15.