Beeckestijn na Jacob Boreel; natuur wint terrein op het landschap

Na Jacob kwam Beeckestijn achtereenvolgens in handen van zijn zoon Willem en diens zoon Willem François. Beeckestijn transformeerde van formeel en landschappelijk naar romantisch.
De Heereweg voor Beeckestijn rond 1800 . De muur en speelhuisjes waren toen nog aanwezig. Penseeltekening door Johann Goll van Frankenstein. Foto: Noord-Hollands Archief.

 

Beeckestijn naar de boeren

Het einde van de 18e, de ‘zilveren’ eeuw betekende ook het einde van het Ancien Regime en van de Nederlandse Republiek. Het eigendom van Beeckestijn ging na het overlijden van Jacob Boreel over op diens zoon Willem. Willem Boreel (1744-1796) en later zijn weduwe Maria Trip (1740-1813) reageerden op de politiek-onzekere tijden door meer onroerend goed te kopen. Veel land werd verpacht aan boeren, ook de akkers behorende bij Beeckestijn. De colonnade werd afgebroken, het achterste deel van de verlengde middenas werd vervangen door twee ‘natuurlijke’ vijvers en op de plaats van de ménagerie verrees een winterverblijf voor kuipplanten.

              
Portret van Willem Boreel (1744-1796), olieverfschilderij naar Jean Baptiste Perroneau. Foto: Museum Kennemerland
Portret van Willem François Boreel (1775-1851), pastel door Heinrich Siebert (II), particuliere collectie. Foto: RKD

 

Beeckestijn naar de natuur

De landschapsstijl was ontstaan op de tekentafel. In de periode van de Romantiek, vanaf de Franse tijd, kreeg de natuur meer ruimte. Willem François Boreel (1775-1851), zoon van Willem en Maria, maakte de buitenplaats minder statig en haalde het uitzicht bij wijze van spreken naar binnen. Een lichte pleisterlaag en donkere luiken gaven het huis een landelijk aanzien. Grote vensters in de deuren voor en achter en het afbreken van de muur met de speelhuisjes aan het voorplein, zorgden voor meer contact tussen huis en omgeving. De romantische smaak en de steeds knellender kosten van intensief tuinonderhoud werkten samen om de tuin meer zijn gang te laten gaan. De landschapsstijl werd (bijna) natuur.

Beeckestijn zoals het er in 1842 uitzag, na de veranderingen door Willem François Boreel, Lithografie door P.L. Lutgers. Foto: Noord-Hollands Archief.

Op het moment dat stadhouder Willem V uitweek naar Engeland, had Boreel als officiersvaandrig ontslag genomen uit het leger. Vijftien jaar later, toen het Franse gezag begon te wankelen, stelde hij zich aan het hoofd van de zogenaamde huzaren van Boreel. Met dit regiment nam hij deel aan de veldslagen bij Quattre-Bras en Waterloo. Willem François droeg zo bij aan het herstel van Nederlands onafhankelijkheid en de oprichting van het nieuwe koninkrijk onder het Huis van Oranje. Boreel kreeg hiervoor de Militaire Willemsorde en werd door de nieuwe koning in de adelstand opgenomen met het predicaat ‘Jonkheer’.

 

Geen Noordzeekanaal door het landgoed

Na het overlijden van Willem François werd er door de Boreels niet meer op Beeckestijn gewoond. Door haar positie binnen het ‘politiek Den Haag’ van die tijd kon de familie nog wel haar invloed aanwenden om het tracé van het nieuwe Noordzeekanaal op een voor haar gunstige wijze te beïnvloeden. Het kanaal werd niet door de buitenplaatsen Beeckestijn en Waterland gegraven, maar juist ten noorden hiervan, dwars door het dorp Velsen.

 

     
Kaart met het ontwerp “Volgens de originele Teekening” van het Noordzeekanaal (vóór 1865). Het rode kader geeft de locatie van Beeckestijn aan. Het kanaal was gedeeltelijk door Beeckestijn gepland en dwars door het ernaast gelegen Waterland, dat eveneens in handen was van de familie Boreel. Foto: Noord-Hollands Archief.
Kaart met de situatie na het graven van het Noordzeekanaal (omstreeks 1880). De loop van het kanaal werd uiteindelijk gewijzigd en de landgoederen bleven gespaard. Foto: Noord-Hollands Archief.